PrusaSlicer is in een opmars bezig om de bekendste 3D printer slicer te worden in 2021. Sinds de afsplitsing van Slic3r in 2019 heeft het team van Prusa Research gas gegeven en met vele updates gezorgd dat het zowel voor FDM als SLA 3D printers dé 3D printer slicer van het moment is. Vandaag kijken we naar 5 verborgen functies binnen PrusaSlicer, die je resultaten een boost kunnen geven.
1. Ironing
Ironing is een veel gevraagde functie is de laatste jaren en sinds kort ook volledig werkend in PrusaSlicer. Ironing is eigenlijk niet meer dan een tweede ronde infill over dezelfde laag, met een verminderde flowrate. Zoals onderstaand te zien is geeft ironing een fantastisch effect maar let op, dit is voornamelijk op vlakke oppervlakten! Bij een object dat geleidelijk de hoogte in gaat zal dit vermoedelijk niet zo goed werken en misschien wel averechtse resultaten geven. Houd voor de beste resultaten met ironing in Prusaslicer een flowrate aan tussen de 10-20%. Er kan nog gekozen worden tussen alle bovenste oppervlakken of alleen het uiterste top oppervlak, maar dit is naar wens te veranderen.
2. Elephant Foot Compensation
Als je werkt met een verwarmd printbed en zeker wilt zijn dat het blijft hechten stel je vaak je hoogte offset zo af dat het er goed opgedrukt wordt. Dit is vaak een oplossing die werkt maar kan frustraties opleveren als het een object is dat maat technisch moet kloppen en ergens in moet vallen. Elephant Foot Compensation heeft de eigenschappen om het beste van beide werelden te krijgen. Met deze functie kan je instellen hoeveel je wilt dat de eerste laag gecompenseerd dient te worden, om zeker te weten dat de tweede laag er moeiteloos op aansluit. Over het algemeen kan je stellen dat je het graag net zo gecompenseerd wilt hebben als je de dikte van je eerste laag, die gevonden kan worden onder ‘layers and perimeters’. Indien je print met PLA filament en een 0.2 mm dikke eerste laag met een 0.4 mm nozzle, dan stel je bij Elephant Foot Compensation ook 0.2 mm in, zodat deze lagen goed zullen aansluiten. Let wel op dat deze functie werkt indien je hoogte offset goed staat afgesteld en je printbed vlak is. Over het juist afstellen van de hoogte tussen nozzle en printbed is in het kenniscentrum meer te vinden.
3. Monotonic Infill
Het kan ergeren. Je hebt een perfect mooie 3D print gemaakt en de lagen zien er perfect uit, echter de boven en onderkant hebben een bepaalde structuur die achterblijft bij de rest. Dit heeft Prusa Research weten te fixen in één van de laatste versies van PrusaSlicer. Door monotonisch te onderste en bovenste laag in te vullen (constant van links naar rechts) krijg je een evenredige laag die geen onregelmatigheden meer laat zien. Dit kan voor showmodellen een uitkomst zijn bij het zo realistisch mogelijk maken van je 3D prints. Let op, dit is geen standaard instelling in PrusaSlicer, je zult deze moeten instellen. Ook is het mogelijk om te wisselen tussen de onderste laag en de bovenste laag. Dit is om het feit dat monotonic infill langer duurt dan een conventionele infill techniek. In PrusaSlicer is deze instelling te vinden onder het tabje ‘Infill’, die ook voor basis variant al te veranderen is. Dit werkt over het algemeen het beste met PLA filament.
4. Seam Painting
Over het algemeen ontkom je er niet aan bij 3D printen, je zal bij elke laag een begin en een startpunt hebben en na elke laag zal de printkop omhoog moeten gaan om weer aan de volgende laag te beginnen. Het zichtbare deel van deze overgang heet een ‘zit’ of een ‘scar’ en is onderdeel van de ‘seam’. In de nieuwste PrusaSlicer is de functie toegevoegd om te sturen waar je deze zichtbare overgang wilt hebben. Heb je een show model die op een beurs moet staan, dan kan het interessant zijn om deze overgang aan de achterkant van het 3D model te plaatsen. Via de functie ‘Seam Painting’ is het mogelijk om een lijn te trekken over het model heen waar PrusaSlicer deze ‘Seam’ zal gaan plaatsen. Het zorgt voor mooiere 3D prints, minder zichtbare overgangen en een betere kwaliteit 3D prints. Het is binnen PrusaSlicer ook mogelijk om globaal de positie van de ‘seam’ te kiezen (random, dichtstbijzijnd, gecentreerd, achterzijde), onder het tabje ‘layers and perimeters’
5. Paint-on Supports
De enige kritiek die PrusaSlicer de laatste jaren te verduren heeft gekregen was het gebrek aan een goede ondersteuning generator. Het was moeilijk te kiezen waar je geen ondersteuning wilde en vaak creëerde de slicer gigantische hoeveelheden die niet nodig waren. In de laatste paar updates heeft Prusa dit uitstekend opgelost. Er kon doormiddel van ‘modifyers’ ondersteuning worden vermeden en ook kon met de graden worden gespeeld wanneer er, of niet, ondersteuning werd gecreëerd. Doormiddel van Paint-on Supports kunnen deze bovengenoemde functies worden gebruikt in een meer visuele manier, waardoor er letterlijk met een simpele muisklik kan worden aangegeven waar je wel of niet ondersteuning wilt. Via het tabje ‘Support Material’ kunnen de instellingen gewijzigd worden omtrent de ondersteuning generatie, dus de afstand in hoogte, de structuur die het moet maken en overige features. Let op: ondersteuning kan je het beste ten alle tijden vermijden, tot dat het niet anders kan. De meeste 3D printers kunnen prima tot 55 graden zonder ondersteuning 3D printen, houd dit in gedachten.
